5. Inhoud ruimtefiguren

5 Inhoud.pptx

Presentatie: Inhoud ruimtefiguren

Inleiding

In deze les leer je:

  • De inhoud van de zeven ruimtefiguren te berekenen

Theorie 1: Inhoud ruimtefiguren

Inhoud balk

De inhoud van een balk kun je berekenen door de lengte, breedte en hoogte met elkaar te vermenigvuldigen.

Inhoud kubus/balk = Lengte · Breedte · Hoogte

Inhoud Cilinder

Om de inhoud van een cilinder te berekenen moeten we de oppervlakte van de cirkel (het grondvlak) vermenigvuldigen met de hoogte van de cilinder.

Inhoud cilinder = π · straal² · hoogte

Inhoud Prisma

Om de inhoud te berekenen, moet je eerst de oppervlakte van het grondvlak en de hoogte van de prisma te weten komen, waarna je de inhoud van het prisma kan berekenen met de volgende formule:

Inhoud prisma = oppervlakte grondvlak · hoogte

Inhoud Piramide

Om de inhoud van een piramide te berekenen moet je goed kijken naar het grondvlak. Is het grondvlak een vierkant ( lengte · breedte) of een driehoek (1/2 · zijde · hoogte)

Inhoud piramide=1/3 · hoogte · oppervlakte grondvlak

Inhoud Bol


Inhoud prisma = 4/3 · π · straal3


Inhoud Kegel

Van een kegel kun je de inhoud berekenen. Dit doe je op dezelfde manier als bij een piramide. Het verschil is dat een kegel een cirkel heeft als grondvlak.

Het oppervlakte grondvak bereken je als volgt: π · straal²

Inhoud kegel = 1/3 · oppervlakte grondvlak · hoogte

Opgave

5 Inhoud opgave.pdf

Uitwerkingen

5 Inhoud uitwerkingen.pdf